Logo roeivereniging weesp

ROEIVERENIGING WEESP

Sportief op het mooiste roeiwater van Nederland!

content-banner-078

Exameneisen

Bij RV Weesp krijg je instructie in verschillende type boten. Aan het einde van deze periode doe je een echt examen waarin je laat zien dat je het geleerde in praktijk kan brengen.

Het doel van het examen is om een objectieve beoordeling te krijgen van je roeitechniek. Dit is belangrijk om daarna goed te kunnen roeien, blessures te voorkomen en het behoud van het materiaal.  Na een geslaagd examen mag je zelfstandig roeien in de roeiboot waar je examen in hebt gedaan. Het examen zal afgenomen worden door de afroeicommissie (zie hier alle commissies). De instructeurs zullen aangeven wanneer je gereed bent om examen te doen. De exameneisen staan hieronder weergegeven (klik op het onderwerp om de details te zien). 

 


Exameneisen C4x+ / Wherry (roeien):
  • Wegkomen van het vlot (liefst langs halen vlot of uitzetten met tip)
  • Afstellen van het voetenbord
  • Roeien in de goede bewegingsvolgorde tijdens de haal en het herstel. De goede volgorde is (in het kort):
    1. trappen met de benen
    2. meenemen van de romp
    3. trekken met de armen
    4. strekken van de armen
    5. inbuigen van de romp
    6. buigen van de benen
  • Watervrij roeien
  • Roeien in verschillende tempo’s.
  • Roeien in het juiste ritme ook tijdens de tempowisselingen.
  • Strijken met oprijden of vaste bank
  • Rondmaken door afwisselend te strijken en te halen.
  • Slippen met één riem
  • Houden met beide riemen
  • Halend aanleggen zonder het vlot te raken.

 Gelet wordt op:

  • Het opvolgen van de commando’s
  • Het volgen van de slag
  • Gelijke in- en uitzet
  • Gelijk strekken van de benen, meenemen van de romp en het buigen van de armen tijdens de haal.
  • Gelijk wegzetten van de armen, inbuigen van de romp en naar voren glijden tijdens het herstel.
  • Zorgvuldig omgaan met het materiaal, met name bij het in- en uitbrengen van de boot.
 
Exameneisen C4x+ / Wherry (sturen):
  • Stuur is verantwoordelijk voor boot en bemanning.
  • Goed tillen en te water laten boot.
  • Luid en duidelijk en met overwicht alle commando’s (zie theorie) op het juiste moment en op de voorgeschreven KNRB-wijze uitspreken.
  • Leiden van het in- en uitbrengen van de boot.
  • Het correct in- en uitstappen van de boot via het stuurbankje.
  • Constant goed contact met het roer: dat wil zeggen geen slappe of extreem strakke stuurtouwen, dus losjes vasthouden.
  • Ploeg gelijk laten roeien bij in- en uitpik.
  • Stuk rechtuit sturen tijdens halen.
  • Begrijpen hoe de boot reageert op het roer door tijdig te sturen en ook weer tijdig te stoppen met sturen.
  • Slippen bij nauwe doorgangen.
  • Halend aanleggen aan vlot en hoge oever (strijkend alleen tijdens les).
  • Goede materiaalbehandeling (zie theorie)
 
Exameneisen 4x+ (roeien):
  • Wegkomen van het vlot (liefst langs halen vlot of uitzetten met tip)
  • Afstellen van het voetenbord
  • Roeien in de goede bewegingsvolgorde tijdens de haal en het herstel. De goede volgorde is (in het kort):
    1. trappen met de benen
    2. meenemen van de romp
    3. trekken met de armen
    4. strekken van de armen
    5. inbuigen van de romp
    6. buigen van de benen
  • Watervrij roeien
  • Roeien in verschillende tempo’s.
  • Roeien in het juiste ritme ook tijdens de tempowisselingen.
  • Strijken met oprijden of vaste bank
  • Rondmaken door afwisselend te strijken en te halen.
  • Slippen met één riem
  • Houden met beide riemen
  • Halend aanleggen zonder het vlot te raken.

 Gelet wordt op:

  • Het opvolgen van de commando’s
  • Het volgen van de slag
  • Gelijke in- en uitzet
  • Gelijk strekken van de benen, meenemen van de romp en het buigen van de armen tijdens de haal.
  • Gelijk wegzetten van de armen, inbuigen van de romp en naar voren glijden tijdens het herstel.
  • Zorgvuldig omgaan met het materiaal, met name bij het in- en uitbrengen van de boot.
 
Exameneisen sturen 4x+:
  • Stuur is verantwoordelijk voor boot en bemanning.
  • Goed tillen en te water laten boot.
  • Luid en duidelijk en met overwicht alle commando’s (zie theorie) op het juiste moment en op de voorgeschreven KNRB-wijze uitspreken.
  • Leiden van het in- en uitbrengen van de boot.
  • Het correct in- en uitstappen van de boot via het stuurbankje.
  • Constant goed contact met het roer: dat wil zeggen geen slappe of extreem strakke stuurtouwen, dus losjes vasthouden.
  • Ploeg gelijk laten roeien bij in- en uitpik.
  • Stuk rechtuit sturen tijdens halen.
  • Begrijpen hoe de boot reageert op het roer door tijdig te sturen en ook weer tijdig te stoppen met sturen.
  • Slippen bij nauwe doorgangen.
  • Halend aanleggen aan vlot en hoge oever (strijkend alleen tijdens les).
  • Goede materiaalbehandeling (zie theorie)
 
Exameneisen skiff en C1
  • Afstellen op het water buiten de vlotdrukte
  • Koersvast roeien met volledig oprijden
  • Roeien in de goede bewegingsvolgorde
  • Roeien met een krachtige haal
  • Watervrij roeien
  • Roeien in verschillende tempo’s
  • Roeien in het juiste ritme ook tijdens tempo wisselingen
  • Rondmaken door afwisselend te strijken en te halen met oprijden
  • Slippen met één riem
  • Het stilleggen van de boot – houden beide riemen
  • Zowel halend als strijkend aanleggen aan bakboord en stuurboord
  • Strijken met rijden in een rechte lijn
  • Rondmaken met strijken en halen
  • Halend of strijkend aanleggen tussen vlotten

 Gelet wordt op:

  • Toepassen belangrijkste regels vaarreglement tijdens het roeien met doorgaande haal
  • Goed stuurboordwal houden
  • Ongeveer elke derde haal omkijken
  • Netjes omgaan met het materiaal
  • Goed manoeuvreren tijdens roeien met kracht
  • Vlotte en zorgvuldige omgang met het materiaal
 
Exameneisen voor de jeugd - skiff 1e niveau:
  • Wegkomen van het vlot door met de bladtip uit te duwen
  • Roeien in goede bewegingsvolgorde
  • Strijken met twee riemen en draaien van de bladen (oprijden mag, hoeft niet)
  • Rondmaken door afwisselend te strijken en te halen
  • Slippen met één riem
  • Houden met beide riemen
  • Halend aanleggen zonder vlot te raken. Er is veel ruimte aan het vlot en de leerling mag kiezen waar hij / zij aanlegt.

 Gelet wordt op:

  • goed stuurboordwal houden
  • Ongeveer elke derde haal omkijken
  • Netjes omgaan met het materiaal
 
Exameneisen voor de jeugd - skiff 2e niveau:
  • Afstellen van het voetenbord aan het vlot
  • Wegkomen van het vlot door slippend uit te zetten
  • Koersvast roeien met volledig oprijden
  • Roeien in de goede bewegingsvolgorde
  • Roeien in het juiste ritme
  • Strijken met volledig rijden
  • Rondmaken met volledig rijden
  • Slippen met één riem
  • Het stilleggen van de boot
  • Zowel halend als strijkend aanleggen

 Gelet wordt op:

  • Toepassen belangrijkste regels vaarreglement
  • Regelmatig omkijken
  • Netjes omgaan met het materiaal
 
Exameneisen voor de jeugd - skiff 3e niveau:
  • Afstellen op het water buiten de vlotdrukte
  • Roeien met een krachtige haal
  • Watervrij roeien
  • Roeien in verschillende tempo’s
  • Roeien in het juiste ritme ook tijdens tempo wisselingen
  • Watervrij strijken in een rechte lijn
  • Rondmaken met watervrij strijken en halen
  • Halend of strijkend aanleggen tussen twee boten of op een dwarsvlot

Gelet wordt op:

  • Toepassen belangrijkste regels vaarreglement tijdens het roeien met doorgaande haal
  • Goed manoeuvreren tijdens roeien met kracht
  • Vlotte en zorgvuldige omgang met het materiaal
 
Exameneisen voor de jeugd - behendigheid skiff:

Bij deze proef is het niet belangrijk dat alle stappen getoetst worden. Het gaat om het deelnemen aan en plezier hebben in. Voor het slagen van de proef moeten 7 van de 14 hier onderstaande behendigheidsvormen correct zijn uitgevoerd (niet al te streng zijn!):

  • Zitten in de boot en boven het hoofd klappen.
  • Liggen in de boot met beide benen boven het hoofd
  • Staan in de boot en boven het hoofd klappen
  • Staand wiebelen in de boot
  • Staand roeien in de boot
  • Roeien met halve riemen
  • Één handvat voor blad verwisselen en een aantal halen maken met de handvaten in het water
  • Overstappen van skiff naar skiff
  • Van plaats wisselen in 2x
  • Slalom varen (afstand drijvers 20 meter)
  • Slippoort passeren (slippoort 5 meter breed)
  • Riemen wisselen (lukt niet bij kleine personen met te korte armen)
  • In de boot klimmen na omslaan
  • Zittend rondje draaien in de boot
 

 

 

Pagina laatst bijgewerkt op 3 oktober 2021

Logo roeivereniging weesp wit ROEIVERENIGING WEESP

Utrechtseweg 17, 1381 GR Weesp
Tel. 0294 - 419 862, ofni.[antispam].@rvweesp.nl
  /roeivereniging.weesp

Boothuis